Wat is geo-informatietechnologie?
De term ‘geo-informatietechnologie’ bestaat uit drie componenten: geo, informatie en technologie.
Laten we beginnen met de term geo. Dit slaat op de wereld om ons heen. De ‘geo’ is het object van de aardrijkskunde, want aardrijkskunde gaat over “de aarde als woonplaats van mensen, en mensen als bewoners van de aarde” (Van Ginkel, 2002). Een van de basisprincipes van de aardrijkskunde is dat locatie ertoe doet. De kenmerken van de aarde verschillen immers van plaats tot plaats. Zo kunnen bepaalde plaatsen wel last hebben van droogte, en andere plaatsen niet. Daarnaast zijn plaatsen onderdeel van ruimtelijke netwerken: tussen plaatsen kunnen stromen van mensen, goederen en geld plaatsvinden. Door zulke stromen kan een ontwikkeling op de ene plaats (bijvoorbeeld een hongersnood in Afrika) van invloed zijn op een ander gebied.
Dan vervolgens de term informatie. Er zijn vele soorten informatie, maar informatie waarin de locatie (X en Y coördinaten) bekend is wordt geo-informatie genoemd. Zoals een burgerservicenummer gaat over personen, gaat geo- informatie over plaatsen en gebieden. Een bekend voorbeeld van geo-informatie zijn (digitale) kaarten. Ze bevatten informatie over de locatie en vorm van objecten (gebouwen e.d.), verbindingen (wegen e.d.), en gebieden (landen e.d.). Vaak is er ook thematische informatie gekoppeld aan deze informatie: aan gebouwen kan informatie over de gebruiksfunctie worden gekoppeld; aan wegen kan informatie over de verkeersintensiteit worden gekoppeld; en aan landen kan informatie over het aantal inwoners worden gekoppeld.
Tot slot de term technologie. Er zijn vele soorten technologieën, maar de term geo-informatietechnologie wordt gebruikt voor moderne interactieve technologieën die toegang bieden tot geo-informatie, en tools bieden voor interactie met die geo-informatie. Geo-informatietechnologie geeft ons de mogelijkheid om grote hoeveelheden geo-informatie op een gebruiksvriendelijke manier te ontsluiten. Bekende voorbeelden van geo-informatietechnologie uit de dagelijkse praktijk zijn Google Maps en Google Earth, waarin digitale luchtfoto’s en satellietbeelden op verschillende schaalniveaus kunnen worden bekeken. Daarnaast bieden Google Maps en Google Earth de mogelijkheid om routes uit te zetten en geven ze toegang tot allerlei ruimtelijk gelokaliseerde foto’s, Wikipedia artikelen, en websites van restaurants, winkels, hotels etc.
Een voorbeeld van geo-informatietechnologie is GIS, wat staat voor Geografisch Informatie Systeem.
Bron van deze pagina: Geo-informatietechnologie in het voortgezet onderwijs (Tim Favier, 2013). Zie bronnen/links.
Wat is een GIS?
De afkorting GIS staat voor Geografisch Informatie Systeem.
-
voor het plannen van noodhulp in geval van een ramp
-
om kwetsbare natuurgebieden te beschermen tegen vervuiling
-
banken en winkelketens gebruiken GIS om te bepalen waar nieuwe vestigingen moeten komen
-
onderzoekers kunnen met GIS verbanden leggen tussen bijvoorbeeld het type bodem en de vegetatie in een gebied of tussen de spreiding van ziekten en kenmerken van het gebied
-
ook als je gebruik maakt van een routeplanner ben je eigenlijk bezig met GIS
Is het een atlas?
In een papieren atlas kun je plaatsen opzoeken en allerlei gebieden en onderwerpen bestuderen. Een GIS kun je ook gebruiken als atlas, maar je kunt er nog veel meer mee doen.
Een GIS werkt met kaartlagen die je aan en uit kunt zetten al naar gelang je ze nodig denkt te hebben. Aan elke laag kan informatie (data) worden gekoppeld en zichtbaar worden gemaakt als kaart van een gebied of plaats (locatie).Je koppelt dus een hoeveelheid informatie aan een locatie. Zo gebruik je bijvoorbeeld postcodes of lengte- breedtegraden om die locatie te bepalen.
Wat kun je doen met een GIS?
De koppeling tussen locatie en informatie is dus bijzonder aan een GIS.
Je kunt dan ook informatie …
- opvragen over een specifiek gebied of onderwerp door op de kaart te klikken
- aan kaarten toevoegen, bijvoorbeeld eigen gegevens (opslaan van informatie)
- combineren op basis van locatie waardoor het weer nieuwe informatie oplevert
- weergeven zoals jij het wilt : kaarten maken (visualiseren)
Verder kun je:
- verschillende kaarten maken en over elkaar heen leggen
- onderzoeken of er een samenhang is tussen verschillende kaartlagen (analyseren)
Een belangrijk kenmerk van een GIS is dus dat je verschillende soorten gegevens kunt combineren. De afbeeldingen op de volgende pagina zijn voorbeelden van gegevens die je kunt combineren.
Eenvoudig gezegd zijn GIS’en: ‘interactieve kaarten op computers’.
Een volledigere definitie is de volgende: ‘een geografische informatie systeem (GIS) is een computersysteem dat in staat is om locatiegebonden informatie op te slaan, te analyseren en te visualiseren’.
Hoe werkt een GIS?
De meeste informatie die we hebben over de wereld is locatie gebonden, met andere woorden, het is verbonden met een plek op de wereldbol.
De kracht van een GIS is de mogelijkheid om verschillende informatiebronnen op grond van locatie te analyseren. In het volgende voorbeeld over neerslag wordt dat duidelijk gemaakt.
Als gegevens over neerslag verzameld worden, is het belangrijk te weten waar de regenval plaats heeft gevonden. Dit kan alleen gedaan worden op basis van een locatie referentie systeem zoals lengte- en breedtegraden en eventueel ook hoogte. Door deze neerslaggegevens te vergelijken met andere informatie, zoals de aanwezigheid van sloten, kan aangetoond worden dat sommige sloten erg weinig water ontvangen en anderen teveel. Dat kan zorgen voor wateroverlast. Menselijk ingrijpen kan noodzakelijk blijken.
Een GIS kan daarom belangrijke informatie verschaffen voor het nemen van beslissingen.
Verschillende soorten kaarten kunnen in een GIS gestopt worden en met elkaar vergeleken worden. Deze kaarten hebben doorgaans verschillende bronnen (satellieten, luchtfoto’s, verkiezingsuitslagen, etc).
De kaarten 1a tm 1f tonen allen hetzelfde stukje aarde. Door deze kaarten te combineren en te analyseren kan een nieuwe kaart gemaakt worden met bijvoorbeeld de geologie (figuur 2).
|
|
|
Wat kan ik met (een) GIS?
Wat kan ik er nu mee?
Bij het vak aardrijkskunde maak je vaak gebruik van kaarten. In werkstukken of Praktische Opdrachten horen ze zeker thuis. Met een GIS kun je zelf gegevens in kaart brengen. Gegevens die je zelf eerst hebt verzameld via veldwerk of internet.
Wat kan ik er later mee?
Geografische Informatie Systemen (GIS) zijn een in het bedrijfsleven en bij overheden steeds meer gebruikte moderne methode om ruimtelijke analyses te ondersteunen en beslissingen over onze leefomgeving beter te onderbouwen. De vraag naar geschoolden op het gebied van GIS stijgt.
Diverse universiteiten en HBO’s bieden GIS opleidingen aan om aan de vraag naar ‘geo-informatici’ te voldoen. Daar kun je alles over vinden op de website GoGeo.
Maar kennismaken met GIS is niet alleen belangrijk voor leerlingen in het voortgezet onderwijs die overwegen zo’n studie te gaan volgen. Het is belangrijk voor iedereen die de wereld waarin zij leven beter willen begrijpen.
GIS in het onderwijs is van belang omdat
1. GIS het leren en onderwijzen van aardrijkskunde, geschiedenis en de exacte vakken ondersteunt
2. GIS het ideale hulpmiddel is om je eigen omgeving en ver weg gelegen gebieden te bestuderen.
3. Je wat van GIS moet weten als ondernemer of werknemer in uiteenlopende beroepen.